Ontvang onze nieuwsbrief:

De Markies van Böhtlingk

Het OPENhuis (li) en De Markies op De Realiteit Almere (bron: Böhtlingk atchitectuur)
Kleinzoon Jurre en Mick Eekhout openen OPENhuis (foto: Sylvana Lansu)

04 september 2018: Deze toespraak sprak Mick Eekhout uit ter gelegenheid van de opening van Het OPENhuis van Eduard Böhtlingk op 25 augustus 2018.


De Markies van Böhtlingk

Op het internet vond ik dat er een beroemde naamgenoot was: Otto von Böhtlingk, taalkundige uit de Oostzee streek. Eduard is geen schrijver, hij is een uitvinder, een architect met een gesplitst oeuvre: een architectuur oeuvre en een mobiel oeuvre. Ik ga op zijn verzoek in op het mobiele oeuvre van Eduard.


Toen Eduard me vroeg om zijn werk in een breder kader te plaatsen dacht ik allereerst aan het sprookje van de ‘Markies van Carabas’, en verfrommelde het onmiddellijk tot ‘de Markies van Pays Bas’, want de markies is ook tentoongesteld geweest in Parijs: “Le Marquis de Pays Bas”. U weet dat het sprookje verteld werd door Charles Perrault 1697, als een van de sprookjes van Moeder de Gans. Van de drie zonen van een molenaar krijgt de oudste de molen, de tweede krijgt een ezel en de derde zoon krijgt slechts een kat. Wat is nou de waarde van een kat? Maar wel een bijzondere kat, die hem toch veel fortuin brengt. De moraal is duidelijk en mijn toespraak is nu al bijna klaar.

Het is natuurlijk een sprookje dat iemand, een ontwerper, al meer dan 30 jaar met hetzelfde ontwerp bezig is. Een prototype waarmee hij de gehele wereld over reist, van de ene tentoonstelling naar de andere.
Daar moet je veel geduld voor hebben. Geduld en liefde, afijn, ik kom daar later nog op terug. (Cliff hanger).
Markies: vanuit het Frans ‘Marquis’ is afkomstig van de markgraaf, de graaf van een mark, een grensgebied van een rijk, dus belangrijk in de verdediging, belangrijker dan een gewone graaf.
De markies als zonnescherm komt van het vrouwelijke woord ‘Marquise’, een plek een markiezin waardig. Die twee betekenissen hebben dus wat met elkaar te maken. Verwijst dat naar Marquise Maria, de vrouw van Eduard?
‘Markies’ is dus een mooi dubbelwoord.

Terug naar het ontwerp. Eduard is architect, 65 jaar en richtte zijn bureau op in 1982. Hij heeft een klein bureau dat leeft van architectuuropdrachten, veel privaat werk, maar zijn echte liefde zit toch in het ontwerpen als uitvinder. Op de site van Eduard kan men namelijk ook het volgende lezen: “Böhtlingk architectuur benadert het werk zoals een uitvinder dat doet: een sterk idee uitwerken tot in detail. Wij maken vaste en mobiele werken die soms in één opdracht samen vallen”.
Ontwerpen en uitvinden waren vroeger ook één begrip. In het voormalige stadhuis van Bolsward dat gebouwd werd in het 12-jarig bestand midden in de 80-jarige oorlog, in 1618, staat een inscriptie in het eikenhouten meubelwerk van de raadzaal: “Dit werck is geijnventeerd door Jacob Gijsberts”, schrijnwerker en toen ook burgemeester, die zijn handtekening op zijn werk wilde nalaten, zelfs na 400 jaar nog het vermelden waard. Het gaat me over debetekenis van ‘einventeren’, ‘inventeren’, ‘uitvinden’, in de zin van ontwerpen en bouwen / maken.


In architectenland was het tot 2008 niet gebruikelijk dat een architect ook zelf zijn ontwerpen uitvoerde. Een architect ontwerpt, een ingenieur doet de engineering en een aannemer bouwt. Dat behoorde tot de mores van de bouw. Inmiddels is dat overigens wel veranderd.
De verzekeringen waren er ook op gericht. Je kunt een ontwerpaansprakelijkheidsverzekering afsluiten als architect. De bouwers kunnen een product- aansprakelijkheidsverzekering afsluiten. Het gebeurt zelden dat een bedrijf die twee verzekeringen heeft. In Duitsland is het zelfs verboden om over de grens van aan de ene zijde ‘Design & Engineering’ te gaan en aan de ander kant ‘Produceren en Bouwen’. Daarom vinden er in Duitland ook weinig experimenten plaats. Duitsers maken geen experimenten, en U weet het “Duitsers maken geen grappen”. Nederlanders doen dat gelukkig wel. Men kent ze duidelijk: het kabelnetdak van München uit 1972 en de recente glasgevels van de Elbphilharmonie in Hamburg. Experimenteel bouwen geeft lange bouwtijden hoge kostenoverschrijdingen. Het scheiden van ontwerpen en uitvoeren verhindert wel dat er grensverleggend kan worden gedacht. Dat kan eigenlijk alleen als er zeer gefortuneerde klanten zijn, en die zijn er in de regel niet in Nederland. Het is altijd ‘value for money’, waar voor je geld.


Zelf ben ik in 1982 van mijn architectenbureau overgestapt naar het ontwerpen en bouwen van ooit mijn afstudeerwerk, het ruimtevakwerksysteem Octatube’, in een ‘design & build’ aanpak omdat die aanpak me in staat stelde het gehele ontwerp- en bouwproces beter te beheersen. Dus ook de 
onvermoede consequenties van een ontwerp van te voren te doorzien, op te lossen en door middel van het uitvoeren ook te laten zien dat mijn handtekening niet alleen in een inspirerend ontwerp, maar ook in een gedegen engineering, een solide productie en een tijdige samenbouw ter plaatse resulteert. En je mag en kunt de problemen niet wegschuiven, die moet je zelf oplossen. Alle problemen op de bouw moet je in de engineering voorzien en in principe oplossen. Geen monteurs naar de bouwplaats sturen om hen daar te laten improviseren.


Dus met de design & build aanpak kun je een uitvinding als prototype realiseren.
Het biedt ook de mogelijkheid, als het prototype eenmaal geslaagd is, om de serieproductie ter hand te nemen en daar die omzet van die kleinere serieproductie een reserve aan te leggen voor nieuw onderzoek, nieuwe ontwerpen en nieuwe prototypes. Dus niet alleen één prototype te bouwen en daar 30 jaar lang in Nederland maar over de gehele wereld over de blits mee maken.
Maar ook een kleine serieproductie onder eigen regie laten produceren en er een Maaslands fabriekje mee bouwen. Er zijn vast wel jonge ingenieurs te vinden die als starters het concept van de Markies van Eduard zouden willen uitwerken in een startend bedrijfje.
‘Starten’ is het nieuwe modewoord in het ecosysteem van elke gemeente, in dit geval hoort ‘Doorstarten’ er ook bij. En zeker ook het ‘maakstarten’ is modieus.
Dus dat is mijn advies aan Eduard: maak een startend bedrijf met een stel jonge maakstarters en deel met hen de verantwoordelijkheid, dan hopen we over 5 jaar van die avonturen te horen.
Dan zie ik ook nog wel gebeuren dat de markies vol met kleine elektromotoren komt te zitten waardoor alle beweeglijkheden, waarvan ik bijna zeker ben dat Eduard of zijn vrouw Maria die met veel liefde en plezier zelf met de hand bedienen, dat die beweeglijkheden gemotoriseerd kunnen worden. Dus dat je de markies van de aanhanger afkoppelt en dat je met een afstandsbediening alle ondersteunen, uitklapvloeren en markiesdaken kunt bedienen, als het ware vanuit je luie stoel. Niet alleen omdat de mens in principe efficiënt (lui) is maar ook omdat het in en uitvouwen van een automatische linnen kap van een moderne cabriolet een genoegen is om te zien. Een transformer. Een kleine robotmarkies of gerobotiseerde markies. Er zijn nog wel meer slimheden te ontwikkelen.


Eduard herinnerde me eraan dat hij vanaf het begin bij Booosting is aangesloten. Booosting is een groep architecten en industrieel ontwerpers en producenten in de bouw, die de industrialisatie van de bouw nastreefden. Werd opgericht over een week 30 jaar geleden, door Jan Brouwer, Jan Westra, mijzelf en nog een klein aantal vrienden. Die club omvat door de jaren heen de meest in techniek geïnteresseerde architecten van Nederland. Ook Booosting is dus al 30 jaar aan het praten. In de publicatie van 1992 vond ik een uitleg van Eduard over de markies, die hij nu ook nog steeds geeft. Daar heeft hij het al over een gebrek aan gemeenschap- pelijke maakruimte, een maakatmosfeer. Zoals de RDM hallen in Rotterdam. Is nu helemaal hip. De markies is een ‘classic’. Hoort in het rijtje thuis van de beroemde Amerikaanse ‘Streamline’ caravan. Je hebt er nu lang genoeg over gedaan om van de markies een ‘Markies Classic’ te maken. Met alle genoegens die behoren bij klassieke auto’s. De ‘Markies Classic’, de ‘Markies Legend’ en de geupdate ‘Markies Modern’.

Heeft de tijd dan stilgestaan? Nee, Eduard was zijn tijd ver vooruit, dat gebeurt meer met visionaire mensen, soms dus ook met architecten. Hij wacht gewoon tot de tijd hem weer oploopt of inhaalt.
Dan is er nog wat op te merken over de locatie hier in Almere. Als de jongste of nieuwste stad van Nederland, en in de tijd van wethouder Adri Duivestein met enorme groeiambities om in 20 jaar tijd te verdubbelen in inwoneraantal, is het logisch om ook nieuwe trends uit te proberen. De markies van Almere ontstond in 1985 in de ontwerpwedstrijd de Realiteit. In een soortgelijke wedstrijd, de Fantasie, heb ik een klein groen space frame geschonken aan Jan Benthem, die daar met zijn vrouw Francesca lang heeft gewoond in een glazen huis boven dat space frame. Maar voor Eduard is Almere het begin en nu ook een eindpunt, met zijn plannen hier.


En met de Markies (red: en met het OPENhuis toch Mick?) als kleine, tijdelijke woning, slow living, met uitzicht zoals in de polder, staat Eduard ook ongeweten als voorloper of zeker in de voorgeschiedenis van ‘Tiny Houses’. De moderne jeugd zal moeten wennen aan kleine woningen, tiny houses, als kleine huisjes onafhankelijk van netwerken en infrastructuur of als kleine éénkamerwoningen met eigen gerief in een groter gebouw gestapeld. De tijd van de grondgebonden ééngezinswoningen bekend vanaf de Vinex wijken, lijkt grotendeels voorbij. Kleine woningen blijken de toekomst te zijn. Zelf ben ik daar niet aan gewend, mijn huis meet 400m2, voldoende groot om alle kinderen en kleinkinderen tegelijkertijd in te ontvangen. Hoewel ik heb een zeilboot, van 14m lang, die een binnen- en buitenruimte, samen opgeteld heeft van 12x3,5 m2 dus van 42m2 heeft, wat op zich klein is in vergelijking met het woonhuis. Maar een genoegen voor de hele familie. De locatie aan het water, op het water met de uitzichten op het water en de polder, de Hollandse gezichten, en de geur van water, die maakt dat je hartslag meteen de helft wordt als je op de boot ben. Slow living. Zo zal het met Eduard ook zijn: hij is gewoon verliefd op zijn Markies, wil er helemaal niets méér mee dan overal laten zien hoe mooi de Markies is en verder van het leven genieten. Eduard, ik wens je veel plezier met de Markies! 

 

Mick Eekhout


nieuwe mobiel van Eduard Böhtlingk

de parabel van Markies de Böhtlingk

 

Naam:
Email:
Titel:
Commentaar:
Capcha:
Booosting platform voor koplopers in bouwinnovatie | T 06-2211 4701 | E info@booosting.nl | W www.booosting.nl