Ontvang onze nieuwsbrief:

Waarom leidt een Circulaire Economie tot nieuwe bedrijfsvoeringen?

Gevels als een servicepage (bron: VMRG)
Gevels als een servicepage (bron: VMRG) VMRG: Vereniging Metalen Ramen en Gevelbranche

11 september 2017: Onlangs verscheen op Gevelbouw.info bijgaand artikel over circulaire economie en de nieuwe bedrijfsvoeringen die daarvoor nodig zijn. De VMRG ziet de integrale gevel dan ook meer als een service.


Waarom leidt een Circulaire Economie tot nieuwe bedrijfsvoeringen?


De huidige economie is met name gericht op de verkoop van producten. Meer productverkoop is meer omzet. En dat heeft voor een weggooicultuur gezorgd waarbij producten een korte levensduur hebben, zodat de consument snel een nieuw product moet aanschaffen. Anderzijds raken producten al snel weer uit de mode (economische levensduur) waardoor nieuwe producten worden aangeschaft terwijl de technische levensduur nog lang niet voorbij is.


Reparatie is meestal onmogelijk door de manier van produceren, en daarnaast is het heel lastig om reserveonderdelen te verkrijgen. Bij het vervaardigen van nieuwe producten worden grondstoffen gebruikt en veel energie. Dit is de lineaire economie: het begint bij grondstoffen, daar worden producten van gemaakt en na afdanking belanden deze op de afvalbelt, en dat is precies waar Europa nu van inziet dat dit niet de toekomst heeft. Maar wat is ervoor nodig om de rechte lijn om te buigen naar een rond model zodat we de afvalbelt niet meer hoeven te vullen?


Verantwoordelijkheid
Door de verantwoordelijkheid te verschuiven van de productgebruiker naar de productfabrikant kan een groot deel van het probleem worden opgelost. Denk hierbij aan verantwoordelijkheid voor het onderhoud. Voor de producent zal het een incentive zijn om het product zodanig te ontwerpen dat het eenvoudig te onderhouden is. Elke extra handeling maakt het onderhoud duurder. Dit wordt prestatiegericht onderhoud genoemd. In de huidige markt wordt onderhoud vaak door een andere partij gedaan dan de productfabrikant. Dit zorgt er niet per definitie voor dat het efficiënt gebeurt omdat het twee verschillende partijen zijn die een ander belang dienen.


Eigendom
Nog meer verantwoordelijkheid kan worden gegeven aan de producenten als zij eigenaar blijven van hun producten. Door het ‘uitlenen’ of in ‘gebruik geven’ van het product blijft alle verantwoordelijkheid voor het goed functioneren van het product bij de producent. Ook het end-of life scenario is voor rekening van de producent. Vanzelfsprekend is dat de producent erbij gebaat is dat het product zo lang als mogelijk mee gaat en daarom zal hergebruik in eerste instantie worden gestimuleerd. Als dit geen optie meer is, dan zal de producent de materialen terugbrengen in de keten door recycling van de materialen. Om dit efficiënt te laten gebeuren, moeten de materialen wel eenvoudig uit elkaar gehaald kunnen worden. Alle arbeid en kosten die bespaard kunnen worden voor het end-of-life scenario is winst. In de bouwsector zal nog veel geleerd moeten worden over de terugname- en hergebruikprocessen van gebouwcomponenten. Er zijn talloze voorbeelden in het roerend goed waarvan de meest bekende de leaseauto is. Maar in het onroerend goed is nog niet veel te zien dat producenten eigenaar blijven van het geleverde gebouwonderdeel. Dit heeft ook een reden, namelijk de juridische eigendomsbepaling in het wetboek. Die stelt dat alles wat onderdeel is van het gebouw juridisch één geheel (één zaak) is. Bij faillissementen mag de curator het gehele gebouw doorverkopen ondanks het feit dat bijvoorbeeld de gevel een andere eigenaar heeft. Overeenkomsten hebben hierin helaas een onderdanige status. Het voorbeeld van Mitsubishi Elevators dat het wel voor elkaar heeft gekregen, is een uitzonderlijk voorbeeld omdat men dit als een ‘op zichzelf staand’ systeem ziet. Ook zonnepanelen en WKO’s zijn opzichzelfstaand en kunnen dus een andere eigenaar hebben. Er zijn wel mogelijkheden als het gehele gebouw wordt geleast, of in een aparte financieringsconstructie wordt gestopt. Hierbij creëert men een nieuwe entiteit die juridisch eigenaar blijft van de gebouwcomponenten. In deze constructie kunnen wel juridische afspraken gemaakt worden voor eigendom van de componenten.

Integrale processen
De integrale gevel is een mooi voorbeeld van een systeem waarbij meerdere producten samen komen van verschillende leveranciers die elkaar in de traditionele markt nauwelijks of niet tegenkomen. De processen vinden separaat plaats. Hier liggen veel kansen als de verschillende processen worden geïntegreerd. Bovendien kan er beter een totaaloplossing worden geboden als producten meer geïntegreerd worden. Zo is een gevel niet langer meer enkel een regenjas, maar kan je met toevoeging van installaties ook toe naar het leveren van wooncomfort. Er is ook steeds meer vraag naar kantoorgebouwen met een hoog comfort. Recentelijk is de WELL standard overgekomen uit Amerika. Hier worden eisen gesteld aan Lucht, Water, Voeding, Licht, Fitness, Comfort en Psyche. Deze standaard is volledig gericht op de gebouwgebruikers en hun welbevinden in het gebouw. De (integrale) gevel levert een belangrijke bijdrage aan een goede WELL score. Andere grote voordelen van integratie zijn de logistiek, faalkostenreductie, organisatie en garantie. De logistieke stroom van producten wordt gebundeld bij de assemblagehal. Vanaf daar worden de geïntegreerde elementen naar de bouwlocatie vervoerd. Dit heeft logistiek gezien veel voordelen (minder bouwvakkers op de weg om op bouwlocatie deelproducten te monteren bijvoorbeeld). Alles wordt samengesteld onder geconditioneerde omstandigheden en bovendien is automatisering goed in te zetten in de fabriek, waardoor de faalkosten zullen afnemen. Qua organisatie is er slechts één partij aansprakelijk voor het totaalproduct en de garantie gaat over het totale geïntegreerde product en kan ook prestatiegericht worden afgegeven.

Een integrale gevel als een service
Waarom leidt een Circulaire Economie tot nieuwe bedrijfsvoeringen? Omdat het zo veel mogelijk verkopen van producten (die snel vervangen moeten worden) niet circulair is. En ook omdat er van tevoren niet wordt nagedacht over het end-of-life van bouwproducten. Wat wel werkt, is het leveren van diensten waarbij het product een middel is. Daarbij gaat het meer om wat het product doet (de prestatie) voor de klant. Deze neemt een dienst af, in plaats van een product te kopen. Voor de integrale gevel zou je kunnen zeggen dat de klant comfort afneemt. Voor een compleet gebouw zou dat huisvesting kunnen zijn.

 

meer info
Gevelbouw.info

VMRG Martjn Veerman

Naam:
Email:
Titel:
Commentaar:
Capcha:
Booosting platform voor koplopers in bouwinnovatie | T 06-2211 4701 | E info@booosting.nl | W www.booosting.nl